Taal & tekst
Onweer
Freek leunt tegen de poort en peutert in zijn neus. Vier keer heeft hij al overgegeven. Het komt door de hittegolf en de bacteriën in het zwembadwater, zegt zijn moeder. Zijn vriendjes zijn naar het zwembad.
Freek leunt tegen de poort en peutert in zijn neus. Vier keer heeft hij al overgegeven. Het komt door de hittegolf en de bacteriën in het zwembadwater, zegt zijn moeder. Zijn vriendjes zijn naar het zwembad.
Monique wiebelde kort heen en weer in het lage campingstoeltje, maar ze antwoordde niet. Traag sloeg ze een bladzijde om en schoof haar zonnebril omhoog op haar neus. De glazen waren net niet donker genoeg, hij kon haar ogen zien, ze bleven gericht op het boek dat op haar schoot lag.
Mijn vader zegt dat hij me vastbindt aan mijn bed zodat de ratten mijn lippen opeten als ik ooit nog met mijn gore poten aan die windbuks kom. Of ik verdomme weet hoeveel een boete voor dierenmishandeling kost.
Het eerste gesprek van mijn shift, die om vijf uur begon en tot negen uur ’s avonds duurde, was kort. Dat vond ik niet erg. Ik was vijf jaar in dienst bij het callcenter van de Nationale Postcode Loterij.
Het water schettert in zijn ogen. Het is te warm, maar nu moeten ze doorzetten, de zomer is alweer bijna afgelopen. Met een opgewekte glimlach en rechte rug – ze varen net langs de Hagedoorns – laat hij de roeispanen in het water glijden.